Museumjournaal serie 27. Nr. 2, 1982

Diverse auteurs
€9,00
Verzenden naar
*
*
Verzendmethode
Naam
Geschatte levering
Prijs
Geen verzendopties

Place: Amsterdam
Publisher: Museumjournaal
Edition: 1st
Language: NL
Pages: van 65 tot 108 (44p.) 4p. Register Serie 26, 1981
Condition: G
Binding: SC geniet
Illustrated: z/w.

- Tweemaandelijkse publikatie voor moderne kunst van Nederlandse musea en kulturele centra.

- Inhoud:
Tegelijk met twee grote overzichtstentoonstellingen
van naoorlogse kunst - in Venlo: Expo
1945-1965 en in Amsterdam: '60-'80 - blikt het
Museumjournaal terug op zijn eigen verleden en
kijkt vooruit naar de toekomst.
Paul Donker Duyvis - Ad Petersen, De
vreemde autonomie van de
menselijke geest
Ad Petersen als eerste verantwoordelijk voor de
grote manifestatie '60-'80 in het Amsterdamse
Stedelijk Museum, in gesprek met Paul Donker
Duyvis over zijn motivaties bij de keuzes van deze
tentoonstelling en over zijn verhouding met de
kunst: 'In principe verschilt de moderne kunst niet
van de oudere kunst, die immers net zo begrijpelijk
of onbegrijpelijk is. Maar moderne kunst geeft
die extra dimensie dat je met de kunstenaars zelf
kunt praten. De eigen tijd is in hoge mate verwarrend
en onduidelijk, niet de suffige toestand tot
het verleden'. Pagina 65
Henk Overduin, Het Museumjournaal
als nostalgie
Meer dan een kwart eeuw verschijnt nu al het
Museumjournaal. Reden genoeg voor Henk
Overduin om eens de geschiedenis van het blad te
bekijken aan de hand van zesentwintig jaargangen.
Een niet altijd even interessante activiteit, wel een
die hem duidelijk maakte dat het blad een afwisselende
geschiedenis kent, maar dat de tegenwoordige
redactionele lijn wel erg veel weg heeft
van de beginjaren: 'In sommige artikelen galmt
een ondertoon van de jaren '50: grote namen en
de kunst als fundamenteel menselijke waarde'.
Pagina 70
Philip Peters, Op losse schroeven: het
werk van Marinus Boezem opnieuw
bekeken
Ook voor Marinus Boezem lijkt een herinterpretatie
van het werk wel op zijn plaats. Philip Peters
dook in het verleden van de kunstenaar die de
laatste tijd weer erg van zich doet spreken, en
kwam tot de conclusie dat er in diens werk altijd
een duidelijke lijn gezeten heeft, iets wat tot nu toe
over het hoofd gezien werd. 'Het is dus tijd
voor een evaluatie. Immers naarmate het oeuvre
van een kunstenaar zich uitbreidt zal het ook aan
verandering onderhevig zijn. Maar twee thema's
keren bij Boezem altijd terug: het gebruik van de
plattegrond en een herhaald waarneembaar verlangen
zich in het werk laten verdwijnen'.
Pagina 76
Alexander van Grevenstein, 0ver
avant-garde gesproken
Sinds de nieuwe schilderkunst onder het schild
van de transavant-garde zich als een onontkoombare
nieuwe beweging heeft gemanifesteerd, leek
er een eind te zijn gekomen aan de idee van de
avant-garde. Alexander van Grevenstein dook de
boeken in om aan de hand van een uitgebreide literatuur
op het spoor te komen van de historische
wortels van het begrip avant-garde. Zijn
conclusie: 'De avant-garde is gespleten, ook nu
nog'. Pagina 83
Rosetta Brooks, Toekomstangst
Langzamerhand stevenen we op 1984 aan, het jaar
van Orwell's profetie en heerst er een sfeer van ijzige
verwachting. Voor het engelse blad Zeitgeist
ging Rosetta Brooks een aantal aspecten van de
Londense punk, disco en Bowie-scene na, om achter
de situatie vandaag de dag te komen: 'Het is
duidelijk dat de belangrijkste voorwaarde voor het
fascisme zoals Bataille dat beschrijft voorhanden is
- een massieve vergroting van een in toenemende
mate vervreemde culturele periferie'.
Pagina 92
Maria Nordman, Roeien met riemen
die je hebt
Kunstenaarspagina, Pagina 97.
Productlabels